Met aaltjes zoals B-green en B-green+ bestrijd je engerlingen in het gazon. Lees hier hoe de aaltjes engerlingen doden en hoe je ze best toepast op het gazon.
Hoe werken aaltjes tegen engerlingen?
De aaltjes hebben in hun darmkanaal specifieke bacteriën die dodelijk zijn voor de larven. De aaltjes zoeken een engerling op, dringen deze binnen en laten de bacteriën los. Deze bacteriën doden de engerling binnen enkele uren en vermeerderen zich. Door dit proces verkleurt de engerling.
Geïnfecteerde engerlingen sterven af.
De aaltjes voeden en vermeerderen zich met de bacteriemassa. Na een aantal generaties kunnen enkele aaltjes die een engerling zijn binnen gedrongen, zich vermeerderd hebben tot tien à twintigduizend nieuwe aaltjes. Deze aaltjes verlaten de engerling om vervolgens weer op zoek te gaan naar een andere engerling waarbij het proces opnieuw begint. Na 6 weken kan onder ideale omstandigheden 95 % van de engerlingenpopulatie gedood zijn. Bij gebrek aan engerlingen zullen de aaltjes geheel verdwijnen.
Hoe aaltjes tegen engerlingen toepassen?
- Vaststelling van de engerlingensoort waardoor je weet welk resultaat je kan verwachten.
- Het gras eerst kort maaien.
- Indien het grasveld een dikke viltlaag heeft, eerst verticuteren. Waarom een dikke viltlaag vermijden?
- Vooraf beregenen van de te behandelen grasoppervlakte is belangrijk omdat de aaltjes dan gemakkelijk in de bodem kunnen doordringen. Doe dit pas als je de aaltjes ontvangen hebt. Een andere optie is om de aaltjes toe te passen nadat het geregend heeft.
- Los de aaltjes op in water en verspreid ze met de gieter. Om de aaltjes te kunnen verspreiden over de volledige oppervlakte moet je de oplossing verdunnen zoals in de meegeleverde handleiding beschreven staat.
- De oplossing mag je niet laten staan en moet voortdurend gemengd worden om het bezinken van aaltjes te voorkomen.
- Na behandeling terug beregenen zodat de aaltjes die aan het gras blijven kleven, ook in de grond kunnen doordringen. Ingeval je een grote oppervlakte moet behandelen, telkens oppervlakten van 100 m2 behandelen en na behandeling direct afspuiten met water vooraleer aan het volgende deel te beginnen. Aaltjes die te lang op het gras blijven kleven, verdrogen door UV straling.
- De grond vochtig houden zodat de ondergrond niet uitdroogt is essentieel voor een goede werking. In concreto betekent dit : een sproeitoestel plaatsen zodat je enkele uren na elkaar de oppervlakte (of een deel ervan) kan beregenen waardoor de ondergrond vochtig wordt. Afhankelijk van de grondsoort en de weersomstandigheden van het moment kan je dan enkele dagen wachten op opnieuw te beregenen. Wachten op regen om nematoden te gebruiken, maakt het proces eenvoudiger maar je moet ook rekening houden dat de bodemtemperatuur voldoende hoog moet blijven gedurende de behandelingsperiode.
- Let op: met de handspuit een kwartiertje of half uurtje beregenen, heeft geen zin. Hiermee maak je enkel de bovenste centimeters van de grasmat nat en niet de ondergrond waar de engerlingen zitten en de aaltjes moeten werken.
- De ondergrond moet vochtig gehouden worden (als het niet voldoende regent) tot de nematoden hun werk hebben verricht. De werkingsduur van de nematoden is afhankelijk van de hoeveelheid engerlingen per m2 en varieert tussen 2 en 5 weken.
Dikke viltlaag vermijden!
Vilt is een samenstelling van afgestorven gras en plantendelen, mossen en aangevoerde organische materialen.
Ingeval je een grasmat hebt met een dikke viltlaag, moet je eerst verticuteren alvorens nematoden te gebruiken. De dikke viltlaag beperkt enerzijds de doordringbaarheid van de aaltjes, anderzijds komt in dergelijke laag zeer veel biologisch bodemleven voor dus ook veel natuurlijke vijanden van aaltjes. Daarom heeft een dikke viltlaag een dubbel nadelig effect: de nematoden kunnen moeilijk de viltlaag passeren en komen daarbij zoveel roofvijanden tegen die hen kunnen vernietigen alvorens ze de ondergrond bereikt hebben.